In mei zagen Marita van der Gucht en Nick Schryvers hoe Staartmezen een koppeltje Koolmezen hielp met het voederen van hun jongen. Hoewel Staartmezen bekend staan als behulpzame vogeltjes, vooral dan bij familie, blijft het uitzonderlijk dat vogels een andere soort helpen in het huishouden. Hoe komt dit dan?
We schrijven begin mei: een koppel Koolmezen voedert haar jongen. Ze vliegen af en aan met voedsel. Maar ze zijn niet alleen; er duiken ook Staartmezen op, met voedsel in de snavel. Ongeduldig fladderen ze rond het Koolmezennest tot de ouders van de jongen weer vertrekken op hun zoektocht naar voedsel. De Staartmezen steken vervolgens hun kop in de nestkast en voederen koolmezenjongen. Wanneer de Staartmezen werden betrapt, dan verjoegen Koolmezen hen luid roepend. Heel de tijd hielpen de Staartmezen in het huishouden, tot de jonge Koolmezen uiteindelijk hun vleugels uitsloegen.
Staartmezen staan erom bekend: ze steken graag een handje toe waar nodig. Vooral mannetjes die te maken krijgen met een mislukt broedgeval of waarvan de eigen jongen al uitgevlogen zijn, maken zich nog graag nuttig, doorgaans bij hun broers. Vrouwtjes niet. Die verlaten het gebied waar ze met hun familie de winter doorbrachten en gaan elders broeden met mannetjes van andere familiegroepen. Dit moet inteelt (en dus genetische verarming) voorkomen.
Een andere soort helpen voederen blijft echter een vreemd fenomeen, ook bij mezen. Mezen durven vrij agressief zijn tegenover andere soorten die hun nest benaderen. Wellicht hebben de Staartmezen hier een instinctieve eigenschap verkeerd toegepast. Er zijn nog andere, gelijkaardige scenario’s bekend. Zo gebeurt het wel eens dat twee soorten hun eieren in eenzelfde nest leggen. In vele andere gevallen bekommert een koppeltje zich om de jongen van een andere soort nadat het eigen nest verloren ging. Soms worden vogels gewoonweg gestimuleerd door luid bedelende jongen of ze reageren op verweesde jongen die duidelijk behoefte hebben aan voedsel. Er zijn ook gevallen bekend dat mannetjes andere jongen beginnen voederen wanneer hun eigen partner broedt. Wanneer de eigen jongen onafhankelijk worden blijven ouders soms de dwang voelen om te blijven doorgaan. In enkele gevallen gingen vogels andermans jongen voederen wanneer ze kinderloos bleven maar hormonaal klaar bleken om te broeden. In al deze gevallen kan je spreken van een vorm van extreme zorgdwang.
Hoe uitzonderlijk ook, dit geen alleenstaand geval. Binnen de grote mezenfamilie zag men eerder al hoe o.a. Gekraagde roodstaart en Koolmees, Pimpelmees en Koolmees, en Winterkoning en Pimpelmees elkaar hielpen bij het voederen of broeden. Eén van de meest extreme voorbeelden was onlangs te zien op de BBC; een Houtduif voederde de jongen van een Boomvalk met duivenmelk, maar werd vaak hardhandig weggejaagd door de valken. Nog zo’n extreem geval is een Heremietkoekoek die de jongen van een andere soort hielp voederen. Dit is nochtans een broedparasiet die het opvoeden van de eigen jongen aan andere soorten overlaat.
Dit is niet altijd zonder gevaar. Zolang de twee soorten nog een gelijkaardig dieet hebben, is er niet echt een probleem. Maar wanneer de soorten een volledig verschillend menu verkiezen, kan dit wederzijds broeden of voederen onaangename gevolgen hebben voor de jongen. Zo kunnen ze verkeerd foerageergedrag tonen of een gebrek aan interesse hebben voor eigen soortgenoten van zodra ze op zoek moeten naar een partner.
Meer details over dit uitzonderlijk fenomeen vind je in het originele bericht door Gerald Driessens en Marita van der Gucht dat onlangs verscheen in Natuur.Oriolus.
Tekst: Gerald Driessens, Marita van der Gucht en Han Lagring, Natuurpunt
Foto: Julien Lint
Ontvang nieuws over onze natuur en activiteiten rechtstreeks in je mailbox.
Abonneer je op onze nieuwsbrief