
Lepelaar
De lepelaar is een opvallende, witte waadvogel met een kenmerkende lepelvormige snavel. Hij gebruikt die snavel om kleine waterdieren uit het ondiepe water te filteren.
10-15 jaar
Kleine visjes en garnalen
Monogaam per broedseizoen
Ondiep water en moerassen
Rustig en methodisch foeragerend
Voert baltsrituelen uit zoals snavelzwaaien en voedsel delen
Hoe herken je de lepelaar?
- Grote, witte vogel
- lange, platte lepelvormige snavel. De snavel is zwarte met een oranjegeel uiteinde
- Lange, zwarte poten
- Tijdens het broedseizoen een gele borstvlek en sierlijke kuif
- Vliegt met gestrekte nek en traag klappende vleugels
- Jonge vogels hebben vleeskleurige snavels, geen borstvlek en een minder uitgesproken kuif
De lepelaar is een opvallende, witte waadvogel die je vooral herkent aan zijn karakteristieke lepelvormige snavel. Hiermee zwiept hij door het water om kleine waterdieren te vangen. In vlucht houdt hij zijn nek gestrekt, in tegenstelling tot reigers die hun nek intrekken.



Hoe klinkt de lepelaar
Lepelaars zijn vrij stille vogels, maar bij de broedkolonies maken ze knorrende en grommende geluiden. Tijdens het foerageren laten ze soms zachte roepjes horen.
Hoe herken je een lepelaar in vlucht?
Al vliegend lijken lepelaars en zilverreigers op elkaar. Maar je kan hen toch onderscheiden:
- Lepelaars vliegen met gestrekte hals. Zilverreigers trekken hun hals in.
- Zilverreigers hebben een meer verticale houding.
Hoe leeft de lepelaar
Wat eet de lepelaar?
De lepelaar eet voornamelijk kleine waterdieren zoals visjes, garnalen, waterinsecten en larven. Met zijn lepelvormige snavel ‘zeeft’ hij door ondiep water en vangt hij prooien door zijn snavel dicht te klappen zodra hij iets voelt bewegen.

Hoe plant de lepelaar zich voort?
Lepelaars broeden in kolonies, vaak samen met reigers en aalscholvers. Ze bouwen hun nesten in moerasgebieden, meestal op de grond of in lage struiken. Het vrouwtje legt 3 tot 5 eieren, die door beide ouders worden uitgebroed. Na ongeveer een maand komen de kuikens uit en worden ze door beide ouders gevoerd. Na zes tot zeven weken zijn ze vliegvlug.
Waar vind je de lepelaar?
Lepelaars leven in moerasgebieden, ondiepe meren en slikken. In Vlaanderen zie je ze vooral in de Zwinvlakte, het IJzerbekken en de polders. Buiten de broedtijd trekken ze naar Zuid-Europa en Afrika. Ze zijn te vinden in estuaria, rijstvelden en lagunes.
Komt deze soort veel voor?
In Vlaanderen is de lepelaar geen algemene broedvogel, maar wel een regelmatige doortrekker en zomergast. De laatste jaren neemt de populatie toe door beschermingsmaatregelen. Ze zijn het meest te zien in het voorjaar en najaar tijdens de trekperiode.
Natuurgebieden
Alle natuurgebiedenSoorten herkennen in een vingerknip
Installeer de gratis app ObsIdentify op je telefoon (beschikbaar voor iPhone en Android), en ontdek op basis van een foto welke soorten je tegenkomt in de natuur!
- Ontdek onmiddellijk op basis van een foto welke soorten je tegenkomt
- Maak leuke lijstjes aan van je waarnemingen in de natuur
- Neem deel aan challenges, telprojecten van Natuurpunt en daag je vrienden of familie uit
Ontvang nieuws over onze natuur en activiteiten rechtstreeks in je mailbox.
Abonneer je op onze nieuwsbrief