Als er één rode draad doorheen het natuurjaar van 2016 liep, dan was het wel het bizarre weer vol records: van een kletsnat voorjaar tot een uitzonderlijk lange Indian summer. Dit was 2016 voor de natuur.
Het voorjaar van 2016 is kletsnat. Heel wat water kan gebufferd worden in natuurgebieden, maar als gevolg van erosie en overstorten blijft een sterk vervuilde laag slib achter. Een pleidooi voor proper water, een daadkrachtig erosiebeleid en robuustere natuur, schrijft Chris Steenwegen. Heel wat kleine zoogdieren en wespen (die hun nest onder de grond hebben) verdrinken na de zonvloed.
Vrijwilligers die nestkasten voor Steenuil en Kerkuil controleren, stellen vast dat op verschillende plaatsen de helft van de jongen stierf en dat sommige broedsels volledig mislukten. De aanhoudende regen bemoeilijkt de opdracht van ouders om voldoende voedsel bij elkaar te jagen voor hun kroost. Toch is er in 2016 ook goed uilennieuws: de Oehoe maakt z’n comeback.
Oehoejongen (foto: Francois Exelmans)
In mei paait de Fint weer op de Rupel en de Nete, na ruim 100 jaar. Met dank aan de verbeterde waterkwaliteit. Tijdens het paaien zwemmen Finten in cirkels achter elkaar aan, en die cirkels of kringen zijn te zien aan het wateroppervlak, af en toe springen de vissen uit de kring en het water omhoog, wat de waarnemingen nog spectaculairder maakt.
Tijdens de warme zomermaanden bereiken een aantal zuiderse soorten voor het eerst ons land. Zo wordt een Grote spitskop gespot in een tuin in Diepenbeek, deze van oorsprong zuidelijke sprinkhaan profiteert van de warme zomers om zich noordwaarts te verplaatsen. Er is ook een Scheefbloemwitje in Teuven (Voeren), een Mediterrane vlindersoort, die wijdverspreid is van de Balkan tot zuidoost- Frankrijk en nu dus ook tot in Vlaanderen voorkomt. Tot slot bereikt ook de Witpuntoeverlibel Tessenderlo en Neerpelt, de zuiderse libellensoort bereikt Vlaanderen dankzij de klimaatopwarming.
Vanaf augustus wordt op verschillende plaatsen in Duitsland en Nederland melding gemaakt van Merels die lijden aan het Usutuvirus. Het virus duikt even later ook op in ons land, vooral in de Limburgse en Antwerpse kempen. Muggen, die de ziekte overdragen, blijven tijdens de lange Indian Summer extra lang doorvliegen.
Die Indian Summer brengt ook goed nieuws: het aantal Dagpauwogen dat gemeld werd via waarnemingen.be lag de eerste weken van september wel 4 keer hoger dan de voorbije jaren. Voor het eerst heeft deze soort een grote tweede generatie nakomelingen. Er gaan dit jaar meer Dagpauwogen de winter in.
Koolmezen proberen intussen hun rotslecht broedvoorjaar nog goed te maken met enkel extreem late broedpogingen. Op 30 oktober liep nog een melding binnen van een paartje dat druk in de weer was met het voeren van hun kroost in Attenrode-Wever in Vlaams-Brabant.
Tot slot waren er nog heel wat bijzondere waarnemingen: de Narwal die eind april aan de sluis in Bornem aanspoelde, een primeur voor België. Dit zeezoogdier met slagtand leeft in het Noordpoolgebied. Ze blijven in de Arctische wateren van Rusland, Groenland en Canada.
Bij het begin van het schooljaar werd de exotisch ogende Scharrelaar gespot door een terreinarbeider van Natuurpunt. Het was al 18 jaar geleden dat de soort zich nog een in ons land had laten zien. De vogel, die uit Letland afkomstig bleek, liet zich goed fotograferen door spotters.
Tot slot werd 2016 ook een topjaar voor de burgerwetenschap: waarnemingen.be rondde de kaap van 20 miljoen waarnemingen. Heel wat nieuwtjes (die we afgelopen jaar verspreid hebben via natuurbericht.be), hebben we te danken aan dat platform en de vele vrijwilligers die er hun bijdrage aan leveren.
Ontvang nieuws over onze natuur en activiteiten rechtstreeks in je mailbox.
Abonneer je op onze nieuwsbrief