Dagvlinders houden van warmte. Het is zowel goed voor de vliegactiviteit van de volwassen vlinders als voor de ontwikkeling van eieren en poppen. In de natuur zien we nu al duidelijke effecten van deze lange periode met hoge temperaturen. Verschillende vlindersoorten werden vroeger dan gemiddeld waargenomen en een aantal zeldzame exemplaren dook op waar ze al vele jaren niet meer gezien waren.
Vroeg jaar
Bij verschillende soorten dagvlinders zien we dat ze dit jaar 1 tot 3 weken vroeger vliegen dan gemiddeld. Dit kan worden verklaard door een heel warme tweede helft van maart en mei en juni, die warmer waren dan gemiddeld. Vlinders die als volwassen dier overwinteren komen sneller uit hun schuilplaatsen bij zacht weer en ook vlinders die als pop overwinteren, ontwikkelen sneller als het warmer is.
Goed jaar
Of een vlindergeneratie groot of klein is, hangt af van de omstandigheden van de najaarsgeneratie van het vorige jaar, de strengheid van de winter, en de warmte en neerslag in het voorjaar. Voor de meeste soorten lijkt 2017 op basis van die informatie tot nu een goed jaar te zijn. Grafieken op basis van losse waarnemingen die gecorrigeerd werden voor zoekinspanning, tonen bijvoorbeeld veel hogere aantallen Kleine ijsvogelvlinders dan gemiddeld.
Talrijkheid van de Kleine ijsvogelvlinder (gecorrigeerd op zoekinspanning), per week. (bron: www.waarnemingen.be)
Nieuwe plaatsen
De combinatie van grote aantallen en goede vliegcondities, maakt dat er dit jaar soorten opdoken op heel wat nieuwe plaatsen. Er zijn veel exemplaren die kunnen uitzwermen, bij grote drukte in de leefgebieden kiezen meer vlinders om het elders te gaan zoeken, én bij warme temperaturen kunnen ze langer en verder vliegen. Vooral bij zeldzame soorten valt dat op omdat deze nu regelmatig gezien worden op plaatsen waar ze niet of niet meer voorkwamen. Zo zijn er ondermeer meldingen van Grote weerschijnvlinders uit het noorden van Oost-Vlaanderen (Moerbeke), West-Vlaanderen (Koekelare) het midden van de provincie Antwerpen (Mechelen – Keerbergen en tot in Borgerhout en Ekeren), naast de gekende kerngebieden van deze soort (Noord-Limburg, regio Leuven-Brussel, het Pajottenland en de Vlaamse Ardennen).
Nog een spectaculaire soort is de Keizersmantel, een grote, oranjebruine parelmoervlinder. Deze prachtige vlinder was de laatste jaren al aan een heuse comeback in Vlaanderen bezig en heeft intussen populaties in alle Vlaamse provincies. De voorbije week vloog hij talrijk rond, met meldingen van Poperinge tot in Bree.
Ook de Kleine ijsvogelvlinder profiteert van het goede weer. Deze schaarse bosvlinder wist de voorbije 15 jaar enkele geïsoleerde bossen in West-Vlaanderen weer te koloniseren. Op die plekken werden de voorbije veertien dagen ongeziene aantallen geteld: zo waren er 48 exemplaren op 1 dag in Elverdinge (West-Vlaanderen). Ook uit vele andere gebieden worden hoge aantallen gemeld.
Nog zeldzamer is de Braamparelmoervlinder. Die werd vorig jaar voor het eerst in Vlaanderen gezien, en dook dit jaar al op in Oost-Vlaanderen, Antwerpen en vermoedelijk ook Vlaams-Brabant. Ook de Purperstreepparelmoervlinder werd voor het eerst in jaren weer waargenomen in Vlaanderen. Ook in 2012 waren er verschillende zwervers van deze soort.
Tenslotte werd ook een Rouwmantel gefotografeerd nabij het centrum van Gent. Ongetwijfeld een zwerver, maar wel eentje die niet jaarlijks in Vlaanderen wordt waargenomen.
Of de zwervers ook tot nieuwe populaties zullen leiden is lang niet overal zeker, want dit hangt af van meerdere factoren. Ten eerste moeten voldoende exemplaren een geschikte locatie bereiken. Daar moeten de condities ook juist zijn.
Het mooie weer houdt ook een risico in. Een lange droogteperiode kan er namelijk toe leiden dat nectarplanten vroeger uitbloeien waardoor vlinders onvoldoende voedsel vinden en waardplanten verdrogen. Dat laatste kan de verdere ontwikkeling van de rupsen in het gedrang brengen. Die verdroging van waardplanten kan ook een invloed hebben op ‘gewonere’ vlindersoorten. De regen die voor deze week voorspeld is, is dus ook voor vlinders welkom.
Tekst: Wouter Vanreusel & Wim Veraghtert, Natuurpunt Studie
Foto: Francois Exelmans
Ontvang nieuws over onze natuur en activiteiten rechtstreeks in je mailbox.
Abonneer je op onze nieuwsbrief