De lente doet haar intrede. Dat kan je zien, ruiken en vooral ook horen. Vogels trakteren het hele land op vrolijk gezang. De Turkse tortel is ook weer van de partij, soms iets te vroeg in de morgen voor de langer slapende mensen. Deze elegante duivensoort kent haar oorsprong in Azië (en niet in Turkije, zoals de naam doet vermoeden) en heeft een boeiende geschiedenis.
Oorspronkelijk kwam de Turkse tortel enkel voor in Klein-Azië tot India, Zuid-China en Korea. Maar vanaf begin vorige eeuw breidde de soort razendsnel uit naar Europa, tot hij in 1952 voor het eerst in België werd gezien. Vier jaar later al, in 1956, werd het eerste broedgeval vastgesteld, en toen ging het snel… heel snel. Inmiddels kan je de duivensoort het hele jaar door in grote aantallen aantreffen in stadsparken, in de buurt van kippenrennen waar ze letterlijk een graantje meepikken, in de tuin, kortom: overal waar mensen zijn. Met een verspreidingsgebied van 2,5 miljoen km² in amper 40 jaar, realiseerde de Turkse tortel één van de meest spectaculaire expansies in de Europese geschiedenis.
Het grote succes van de Turkse tortel in België is vermoedelijk te wijten aan de enorme groei van de graanteelt sinds eind jaren 90. Ook de toename van de alom bekende Houtduif valt gelijk met de toename van oogstresten van korrelmaïs. Net zoals andere duiven leggen Turkse Tortels slechts twee eieren, maar doordat ze zeer vroeg in het jaar beginnen en vaak tot in de winter doorgaan met broeden, slagen ze erin om in zachtere jaren tot 5 broedsels groot te brengen. Al wordt er de laatste jaren op vele plaatsen een lichte afname vastgesteld.
De Turkse tortel herken je makkelijk, ze is veel kleiner en slanker dan een Houtduif, wat eigenlijk een standaardverschil is tussen tortels en duiven. Het is een sierlijke duif met een lange staart en een licht beigegrijs verenkleed. Je kan de Turkse tortel makkelijk herkennen aan de zwarte, met wit omrande dwarsband op de zijhals, alleen bij de pas uitgevlogen jongen ontbreekt die nog. De staarttkop is wit en valt op tijdens de vlucht.
De zang van de Turkse Tortel lijkt op die van een houtduif, maar klinkt helderder en draagt verder dan de diepe, hese ‘zang’ van de Houtduif. Hier alvast een ezelsbrugje om de zang van de Turkse Tortel te onderscheiden van de zang van de Houtduif: de drielettergrepige “koe-KOE-koe” van de Turkse Tortel komt overeen met Ik BEN Turk terwijl de vijflettergrepige “koe-KOE-koe … koe-koe” overeenkomt met Ik BEN een … houtduif.
Wil je nog meer te weten komen over deze merkwaardige duivensoort? Klik dan hier.
Tekst: Sandrine Van Tichelen
Ontvang nieuws over onze natuur en activiteiten rechtstreeks in je mailbox.
Abonneer je op onze nieuwsbrief