Ligging en beschrijving
De Abdij van 't Park situeert zich tussen de spoorweg Leuven-Ottignies, de Geldenaakse Baan, de Meerdaalboslaan en de HST-lijn. Het is één van de laatste grote open gebieden aan de rand van de binnenstad. Helemaal in het noorden werd in 2008 - als buffer tegen de HST-lijn - een brede houtkant aangeplant als geboortebos. Het noordelijke deel bestaat uit weilanden en nog een maisakker, die op korte termijn in weiland zou omgezet worden. Centraal ligt de abdijsite zelf, met ook nog een voetbalveld en een tennisclub die mogelijk zouden geherlocaliseerd worden. Ten zuiden hiervan vloeit de Molenbeek en liggen de vier vijvers. Dit centrale deel wordt beheerd door de Werkgroep Natuur van de Vrienden van de Abdij van 't Park. Dankzij de heraanleg van de noordelijke oevers (minder schuin) is de hoeveelheid riet in het gebied merkwaardig toegenomen. In het zuidelijke deel liggen voornamelijk akkers met verspreid enkele huizen.
Voorstellen in het kader van Charter Biodiversiteit
De vijvers van deze abdij herbergen momenteel reeds 22 van de 25 soorten libellen en waterjuffers die voorkomen in de Dijlevallei. Een gepast beheer zou de in Vlaanderen sterk achtuitgaande Kleine roodoogjuffer meer kansen kunnen geven. Kleine ingrepen op de Molenbeek zouden voor Viervlek en IJsvogel belangrijk kunnen zijn. Ook de jaarlijkse aanwezigheid van de extreem zeldzame reigersoort, het woudaapje, maakt de plek bijzonder. Tussen de Abdij en Philipssite heeft er zich reeds verschillende jaren een populatie Muurhagedis gehandhaafd. Bij de aanleg of restauratie van muurtjes kan hiermee rekening gehouden worden. Qua interessante flora vinden we o.a. de Gevlekte rupsklaver .
